Zelfs vindt de mus een huis en de zwaluw haar nest, waarin zij haar jongen legt: bij Uw altaren, HEERE van de legermachten, mijn Koning en mijn God.
Psalm 84 vers 4
Het is algemeen bekend: in Azië eten ze in meerdere landen graag vogelnestjes. Niet echt om van te watertanden. Als je bijzonderheden hoort, hoef je dat helemaal niet meer. Het gaat om de nestjes van een bepaalde zwaluw, de slangaan. Ze maken geen nestjes van takjes, maar van hun eigen spuug. Dat wordt gemengd met allerlei troep, zoals kleine veertjes, bloed en poep. Van zulke nestjes wordt soep gekookt. Ze veranderen dan in zachte slierten, net mie. Eet smakelijk!
De Korachieten hadden het ook over zwaluwnestjes. Die vogeltjes woonden bij het altaar in de tempel. Wat een voorbeeld! Verlangen wij naar de voorhoven van God? Naar Zijn heilige tempel? Naar Zijn eeuwige woonplaats in de hemel?
Het is waar: wie zonder Christus leeft, moet het van de aarde hebben. Maar wie Jezus Christus als zijn Heiland kent, mag zich richten op de hemelse heerlijkheid waaraan geen einde komt. Daarvan mogen onze harten nu al vol zijn. Dat is een geweldig geluk!
Het dagboek bestellen?