Een trouwe vriend

Niet voorradig – in overleg leverbaar

 0,05

Een trouwe vriend

Een Canadese boer heeft een hond waarvan hij veel voordeel heeft gehad. Als het dier echter ouder wordt, besluit z’n ondankbare baas hem te verdrinken.

Hij neemt de forse hond mee naar een rivier in de buurt en roeit het water op. Met een oud touw bindt hij een zware steen aan de nek van het dier. Op het diepste punt van de rivier gooit hij de hond overboord.

De arme hond zinkt weg, totdat het touw breekt. Hij komt boven water. Jankend zwemt hij naar de boot. Iedere keer als hij echter in de buurt van de roeiboot komt, stoot zijn wrede baas hem met een roeispaan weg.

Omdat de hond aanhoudt, staat de magere boer op en zwaait de roeiriem boven z’n hoofd: ‘Eén goede klap zal hem voorgoed laten zinken’. Hij slaat, maar mist, verliest z’n evenwicht en valt in het water.

Hij kan niet zwemmen en schreeuwt om hulp! De edele hond ziet z’n meester in nood, zwemt naar hem toe, pakt hem in de kraag van z’n jas vast en brengt hem veilig aan de oever.

Ondanks de wrede behandeling die hij heeft ontvangen, redt het trouwe dier het leven van de man.

Vindt u ook niet dat ieder die een goede hond zo behandelt, straf verdient?

Wacht even! Zijn wij niet schuldiger dan deze boer? Gods Zoon, Jezus Christus, kwam in de wereld met niets dan liefde en zegen voor arme, zondige mensen. Hij ging rond en genas zieken, wekte doden op, voedde hongerigen en maakte verdrietige mensen blij.

Nooit hadden de mensen een trouwere Vriend. Maar ze schreeuwden: ‘Weg met Hem!’, en nagelden Hem aan het kruis. Ja, ze namen van Christus het goede aan zolang het hen paste. Maar toen ze Hem niet langer nodig hadden, deden ze Hem weg.

Aan het kruis van Jezus Christus werd Gods liefde zichtbaar. Hij sprak geen woord van straf of oordeel uit. Hij dreigde niet. God had Zijn Zoon immers niet gezonden om te veroordelen, maar om te redden.

Christus offerde Zich op voor zondaren en bad Zijn Vader zelfs om vergeving voor hen die Hem kruisigden. Het kruis is de plaats waar de mens zich van de Heiland wilde ontdoen. Juist daar echter legde Hij de grondslag waarop God genade kan aanbieden. Hij redt niet alleen voor een korte tijd, maar geeft het eeuwige leven aan wie gelooft!

“God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden, opdat Hij de wereld zou oordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden” (Johannes 3 vers 17).

P25