Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2022 | Zondag 24 april

Toen nu Jezus Zijn moeder zag en de discipel die Hij liefhad, bij haar zag staan, zei Hij tegen Zijn moeder: Vrouw, zie, uw zoon. Daarna zei Hij tegen de discipel: Zie, uw moeder.
Johannes 19 vers 26 en 27

Verschillende mensen stonden bij het kruis van Christus, zoals Zijn moeder Maria en andere vrouwen. Ook de discipel Johannes. Wat zal er in het hart van Maria omgegaan zijn? Een zwaard doorboorde haar ziel. En de Heere Jezus? Dacht Hij aan haar? Ja, ondanks alles wat Hij moest ondergaan en lijden.

Toen de Heere Jezus Zijn dienst uitoefende, lezen we af en toe iets over Maria en Zijn broers, maar niets meer over Jozef. Was Maria soms weduwe? Was haar oudste Zoon nog haar steun? En nu hing Hij daar!

Toen de Heere Jezus met Zijn discipelen op weg was naar Naïn, kwamen ze een rouwstoet tegen. De enige zoon van een weduwe werd begraven. De Heere Jezus troostte de moeder en wekte haar zoon op.

Maar nu? Hij vertrouwde Zijn moeder toe aan de zorg van de discipel die Hij liefhad. Vlak voor Zijn sterven zorgde Hij voor Zijn moeder. Wat een Goddelijk grote liefde woont er in Hem! Zelfs in die uren dacht Hij aan anderen!

 

Het dagboek bestellen?