Wij komen dus tot de slotsom dat de mens door het geloof gerechtvaardigd wordt.
Romeinen 3 vers 28
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden 600 miljoen zandzakken en 10 miljoen spaden naar het Duitse front gestuurd. In de loopgraven waren ze van veel nut. Met zand gevuld, zou er een muur mee gebouwd kunnen worden van twee meter breed, drie meter hoog en 2.500 kilometer lang – zeg maar: van Berlijn naar Istanbul. Bij de oorlogvoering van die tijd boden zandzakken een behoorlijke bescherming.
Als er gevaar dreigt, is een goede beschutting van enorm belang. Waar vinden we bescherming tegen het oordeel van God?
Er is maar één plek waar we veilig zijn: bij het kruis van Golgotha. Daar heeft Gods oordeel al gewoed. Aan dat hout droeg de Heiland alle zonden van alle mensen die in Hem zouden geloven. Zo zijn al die zonden weggedaan. Er bestaat voor God geen reden meer om ons te veroordelen. Hij wil het ook niet, want Hij is liefde en verheugt Zich als Hij zegenen kan. En ook: Hij kán ons niet eens oordelen, want er is niets meer over dat geoordeeld zou kunnen worden. We zijn gerechtvaardigd, door het geloof. Als rechtvaardigen bedreigt ons geen oordeel meer, door het kruis!
Het dagboek bestellen?