Wij zijn dan gezanten namens Christus, alsof God Zelf door ons smeekt. Namens Christus smeken wij: laat u met God verzoenen.
2 Korinthe 5 vers 20
In ’t noorden van Mexico ligt de plaats Puerto Penasco. Een 50-jarige man daar mocht niet meer in de buurt komen van het huis van de vrouw met wie hij getrouwd was geweest. Om dat verbod te omzeilen, groef hij een lange tunnel onder haar huis. Daarin kwam hij vast te zitten. Hij schreeuwde om hulp. Pas na lange tijd werd hij gevonden, ernstig uitgedroogd.
Het was zijn eigen schuld. Als hij zich aan het verbod had gehouden, was er niets aan de hand geweest. Precies, als wij God niet ongehoorzaam waren geweest, waren we niet schuldig geworden. Dan hoefde Hij ons niet te veroordelen tot de eeuwige vuurzee.
Elk mens die straks in de hel is, zal beseffen dat hij dat zichzelf te verwijten heeft. Wat het nog bitterder voor hem maakt: God heeft hem een uitweg geboden, maar die wilde hij niet. God nodigt immers alle mensen uit zich met Hem te laten verzoenen. Hij biedt allen aan hun zonden te vergeven en alle schuld kwijt te schelden. Daartoe verlangt Hij alleen dat we onze schuld erkennen. Dan worden we gerechtvaardigd.