Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2020 | Donderdag 22 oktober

Nu immers kijken wij door middel van een spiegel in een raadsel, maar dan zullen wij zien van aangezicht tot aangezicht. Nu ken ik ten dele, maar dan zal ik kennen, zoals ik zelf gekend ben.
1 Korinthe 13 vers 12

Wetenschappers van de universiteit in York onderzochten hoeveel gezichten mensen kunnen onthouden. Een grote groep proefpersonen nam aan dat onderzoek deel. Ze kenden allemaal tussen de duizend en tienduizend gezichten, zowel door normale contacten als via foto’s en beeldschermen. Ze konden die ook allemaal daadwerkelijk herkennen.

Onze hersenen blijken tot veel in staat. Toch noemt Paulus ons kijken en kennen nu maar heel zwak en beperkt. Als we straks in de hemel zijn, is alles volmaakt. Dan zullen we kennen zoals God ons nu al kent, dat wil zeggen: door en door.

Is het niet heerlijk? Dan zullen we de Heere Jezus volkomen kennen! We hebben Hem nog nooit gezien. We kunnen ons daarom geen werkelijke voorstelling van Hem maken. Dat is maar goed ook. Als Hij komt om ons op te halen, zullen we Hem voor het eerst werkelijk zien. Zullen we niet diep onder de indruk zijn van Zijn ogen? Van Zijn uitstraling? Van Zijn doorboorde handen en voeten?

 

Het dagboek bestellen?