Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2019 | Zondag 18 augustus

Van eeuwigheid af ben Ik gezalfd geweest (…) was Ik bij Hem, Zijn Lievelingskind, Ik was dag aan dag Zijn bron van blijdschap, te allen tijde spelend voor Zijn aangezicht.
Spreuken 8 vers 23 en 30

De Mens Jezus Christus is de eeuwige Zoon van God. Hij was van eeuwigheid af bij de Vader, ‘aanliggend in Zijn schoot’ – zoals in het Oosten bij een maaltijd gebruikelijk was. De verbinding tussen de Vader en de Zoon was volmaakt. Er was niets dat de verhouding verstoorde. Nooit was er van enige verwijdering of van een meningsverschil sprake geweest.

Wat moet het voor de Zoon zijn geweest naar de aarde te gaan! Hij kende enkel heerlijkheid en harmonie. In Zijn schepping werd Hij de Man van smarten. Hij raakte met lijden vertrouwd. Hij ondervond tegenstand en vijandschap. Mensen twistten met Hem. Onafgebroken richtten de duivel en zijn helpers hun aanvallen op Hem.

Hij wist dat allemaal van tevoren. Toch aarzelde Hij niet. Hij kende de wil van Zijn Vader. Er bestond voor Hem geen andere mogelijkheid dan die te doen. Wij mensen kunnen soms aarzelen: ‘Zal ik het doen of niet?’ Dat was Hem vreemd. Voor Hem bestond enkel de mogelijkheid gehoorzaam te zijn.

 

Het dagboek bestellen?