Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2019 | Zondag 13 januari

Jezus zei tegen hem: Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs zijn.
Lukas 23 vers 43

Aan de kruisen links en rechts van de Heere Jezus hingen twee boosdoeners. Zíj ontvingen hun verdiende loon, Híj was onschuldig. Beide misdadigers bespotten en lasterden Hem. De wijze waarop de Heiland reageerde, bracht één van hen tot nadenken. Hij kwam tot inkeer. De man bekende zijn schuld en wendde zich tot de Heere Jezus om hulp en verlossing.

Wat was het groot van Hem dat Hij deze boosdoener niet aan z’n lot overliet! Hij had op dat moment toch werkelijk genoeg aan Zichzelf. Het was volkomen begrijpelijk geweest als Hij had gezegd: ‘Je hele leven wilde je niets van Mij weten en nu heb je Mij opeens nodig, nu Ik het Zelf zo moeilijk heb?’

Hij bewees de grote liefde in Zijn hart. Hij wees de arme man niet af, maar nam hem liefdevol aan. Hij aanvaardde zijn schuldbekentenis en schonk hem vergiffenis. Hij beloofde hem dat hij diezelfde dag nog, dus direct na zijn sterven, in het paradijs zou binnengaan. – Wat hebben wij een grote Heiland! Terwijl Hij al vreselijk veel had geleden en de verschrikkelijkste uren vlak vóór Hem lagen, dacht Hij aan anderen. Wat een liefde!

 

Het dagboek bestellen?