Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2019 | Vrijdag 6 september

Elke plaats die uw voetzool betreedt, zal van u zijn.
Deuteronomium 11 vers 24

Bij een gever hoort een ontvanger die het gegevene in ontvangst neemt.

God schonk het land Kanaän aan het volk Israël zonder daar enige voorwaarde aan te verbinden. Het volk moest het land echter zélf in bezit nemen. De gave was er: het land. Aan de aartsvaders was het beloofd. Nu stond het volk voor de grens. Zij moesten nu hun voetzolen op dat land zetten.

God belooft vandaag de dag nog steeds grote dingen aan mensen, ja, grotere dingen dan een land op aarde. Hij biedt hun verzoening aan, vrede met Hem, zondenvergeving, eeuwig heil en een hemelse woning.

Ook voor deze gave geldt: ieder moet die persoonlijk in bezit nemen. Hij moet er zelf zijn voet op zetten. Hij moet daarvoor zelf tot God gaan met berouw en belijdenis van zijn zonden. Hij moet zelf de Heiland aangrijpen als de Enige Die hem kan redden.

Wie op die manier Gods gaven in ontvangst neemt, wordt een rijk en gelukkig mens. Alles wat God geeft, is dan werkelijk het zijne geworden. Nooit wordt hem dat nog afgenomen.

 

Het dagboek bestellen?