Daarom heeft de Vader Mij lief, omdat Ik Mijn leven geef om het opnieuw te nemen. Niemand neemt het Mij af, maar Ik geef het uit Mijzelf.
Johannes 10 vers 17 en 18
Gods Zoon was van eeuwigheid af de bron van vreugde van de Vader. De band met de Vader was innig en nooit door iets verstoord of vertroebeld.
Met wat een blijdschap de Vader op Hem neerzag toen de Heere Jezus als Mens op aarde leefde, gaat ons voorstellingsvermogen ver te boven. Elke uitspraak, iedere daad en stap van de Zoon was voor de Vader een nieuwe aanleiding om Hem lief te hebben.
Gods liefde tot verloren mensen was ook in het hart van de Zoon. Om hen van het eeuwige verderf te redden, moesten de zonden worden uitgewist. Alleen de Heere Jezus was daartoe in staat. Zijn leven kon niemand van Hem afnemen. Dat Hij het vrijwillig gaf, was opnieuw een aanleiding voor de Vader – en een heel bijzondere! – om Zijn Zoon lief te hebben.
De Vader gaf Zijn Zoon dit gebod. De Heiland beschikte over het gezag en het recht om Zijn leven af te leggen en het weer te nemen. En de Zoon besloot om in de dood te gaan, om God te eren en ons te verlossen!
Wat een Heiland!
Het dagboek bestellen?