Simon Petrus zei tegen hen: Ik ga vissen. Zij zeiden tegen hem: Wij gaan met u mee. Zij gingen naar buiten, en gingen meteen aan boord van het schip; en in die nacht vingen zij niets.
Johannes 21 vers 3
In Petrus’ leven waren trieste dingen gebeurd. Zijn geliefde Meester was gevangengenomen. Daarna was Petrus gevlucht, evenals de andere discipelen. Toen had hij zijn Meester zelfs verloochend. In die nacht was Hij gekruisigd. Leek het Petrus daarom maar het beste zijn oude beroep weer op te pakken?
De Heere Jezus stelt de vraag: “Hebt u niet iets voor bij het eten?” Dat is de vinger op de zere plek: Petrus’ lege net weerspiegelt de leegte in zijn hart.
“Werp het net uit aan de rechterkant van het schip en u zult vinden”. Petrus moet op Zíjn aanwijzing letten.
Dan geeft Hij Petrus een bemoediging: “Kom, gebruik de middagmaaltijd”. Hoe goed was het om deze uitnodiging te krijgen, na de mislukte pogingen van die nacht!
Ten slotte gaf de Heiland hem een opdracht: “Weid Mijn schapen”. Ondanks ons falen wil Hij ons gebruiken. Hij is vol van genade. Hij richt ons elke keer weer op en wil met ons verder.
Het dagboek bestellen?