Bedrog is in het hart van wie kwaad smeden, maar wie vrede aanraden, hebben blijdschap.
Spreuken 12 vers 20
Een handelaar in oldtimers bood een bijzondere auto aan: een Ferrari 288 GTO uit 1985. Er hing een prijskaartje aan van 2 miljoen euro. Een man toonde belangstelling. Ze maakten samen een proefritje in de buurt van Düsseldorf. Halverwege wisselden ze van plaats. De ‘koper’ stapte achter het stuur, maar voordat de handelaar kon instappen, trapte hij het gaspedaal in. Hij was spoorloos. – Zal de schurk blij geweest zijn? De Bijbel maakt een duidelijke tegenstelling. Aan de éne kant staat het kwaad en bedrog; ertegenover staat vrede en blijdschap.
Wie bedrog pleegt, kan niet echte vrede en blijdschap genieten. Dat is onmogelijk. Als een mens eerlijk wordt tegenover God en z’n zonden belijdt en nalaat, dán daalt diepe vrede in zijn hart neer. Zijn geweten wordt gereinigd. Hij weet: God heeft al mijn zonden vergeven en daarom dreigt er geen oordeel meer. God is mijn Vader geworden, ik ben Zijn kind.
Dat is een ware en blijvende oorzaak om volkomen blijdschap te ervaren. Ook als het in ons leven soms moeilijk is: we mogen ons altijd in God verheugen.