Geplaatst op

Het Rechte Spoor – 2019 | Zaterdag 13 juli

Eens had Jakob soep gekookt, toen Ezau uit het veld kwam en moe was. Toen zei Ezau tegen Jakob: Laat mij toch slurpen van dat rode, dat rode daar.
Genesis 25 vers 29 en 30

Voor de kust van Mexico werd vanuit een boot een duiker neergelaten. Hij zat in een zware kooi. Door een stuk aas aan een touw werden haaien naar de kooi gelokt. De toeristen in de boot zaten te genieten. Een grote witte haai brak plots door de spijlen van de kooi heen. De bemanning opende direct de bovenkant, zodat de haai eruit kon. Gelukkig voor de duiker, deed het roofdier dat ook.

Een haai schijnt tijdelijk blind te worden als hij wat eet, en hij kan niet achteruit zwemmen. Waarschijnlijk zwom hij per ongeluk tegen de kooi en raakte in paniek.

Ezau was ook verblind toen hij eten zag. Hij verachtte zijn eerstgeboorterecht en de zegen van God.

Jakob deed er alles voor om die zegen te ontvangen. De manier waarop hij dat deed, was beslist niet netjes. Maar we mogen onszelf afvragen: Verlang ik ook naar Gods zegen? Naar de rijkdommen die Hij aanbiedt?

Hij geeft die aan elk mens die in Christus gelooft!

 

Het dagboek bestellen?