Aan hun zonden en hun wetteloze daden zal Ik beslist niet meer denken.
Hebreeën 10 vers 17
In de herfst van 2016 stond het in de krant: de kust van Nieuw-Zeeland werd overspoeld door enorme aantallen kwallen. Zowel op het Noordereiland als op het Zuidereiland lagen de stranden vol met leeuwenkwallen en desmonema’s, over een afstand van honderden kilometers.
De leeuwenkwal is de grootste soort kwal ter wereld. Hij kan een doorsnede hebben van 2,5 meter; en de ‘slierten’ die eronder hangen, kunnen wel 35 meter lang worden. Ze worden in de Stille Oceaan en in het noordelijke deel van de Atlantische Oceaan aangetroffen, gelukkig niet in de Noordzee. De beet van onze kleine kwalletjes kan al erg vervelend zijn.
Het branderige gevoel in ons geweten is nog vele malen erger. Je wilt wel graag vergeten dat je in de fout bent gegaan, maar het lukt niet. Misschien niet voortdurend, maar steeds weer komt de herinnering boven. – Laten we er dankbaar voor zijn!
God heeft ons dat geweten gegeven, opdat we onze zonden zouden belijden. Dan worden ze vergeven en zijn ze voor altijd weg. God denkt er niet meer aan!
Het dagboek bestellen?