Dan zult u Mij aanroepen en heengaan, u zult tot Mij bidden en Ik zal naar u luisteren. U zult Mij zoeken en vinden, wanneer u naar Mij zult vragen met heel uw hart.
Jeremia 29 vers 12 en 13
De levensloop van Albert was niet uitzonderlijk. Hij had een goede jeugd gehad, maar kreeg later niet de beste vrienden. Hij dronk wel eens meer dan goed voor hem was. Toen hij ging studeren en op kamers kwam te wonen, werd dat niet beter. Hij had al verschillende vriendinnen gehad, maar alle verhoudingen liepen stuk. Z’n studie leed eronder. Hij raakte ook nog in de schulden. Aan de buitenkant was het niet te zien, maar hij was vertwijfeld. Hij speelde zelfs met de gedachte er een eind aan te maken. Opeens moest hij aan God denken. Als kind had hij wel van Hem gehoord, maar niet in Hem geloofd. Hij begon te bidden: ‘Als U er bent, help mij dan!’
Hij kwam in contact met een student die christen was. Ze spraken tot diep in de nacht. Hij hoorde voor het eerst het volle evangelie van de liefde van God. Dat Hij Zijn enige Zoon naar het kruis had gezonden om voor ons – ook voor hem, Albert – het oordeel te ondergaan. Hij begreep dat hij zich tot de Heere Jezus moest wenden om gered te worden.
Het dagboek bestellen?