U bent genaderd (…) tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenging, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel.
Hebreeën 12 vers 22 en 24
Kaïn en Abel waren de oudste twee zonen van het eerste mensenpaar Adam en Eva. Uit haat sloeg Kaïn zijn broer dood. God sprak hem aan: ‘Wat heb je gedaan? Het bloed van je broer roept tot Mij van de aardbodem!’ Inderdaad, dat bloed riep om wraak, om vergelding.
In onze dagtekst gaat het om bloed dat van betere dingen spreekt. Het is het bloed van de Heere Jezus, de Zoon van God. Dat heeft gevloeid op Golgotha. Daar ging Hij in de dood. Zondige mensen brachten Hem om het leven. Toch roept dat bloed niet om wraak. Nee, het roept om vergeving en verzoening.
Op grond van het kostbare bloed van Christus kan God genade bewijzen. Aan het kruis had de Heiland Zelf al om vergeving voor Zijn vijanden gebeden. Dat gebed verhoort God.
Hij biedt nu alle mensen genade aan, terwijl alle mensen schuldig zijn aan de dood van Zijn geliefde Zoon. We zijn immers allen zondaars. Hij moest sterven, omdat wíj overtreden hadden. Wat een genade: God wil Zijn vijanden vergeven!
Het dagboek bestellen?