Jezus antwoordde hun: Het uur is gekomen dat de Zoon des mensen verheerlijkt zal worden. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als de tarwekorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft hij alleen, maar als hij sterft, draagt hij veel vrucht.
Johannes 12 vers 23 en 24
Dit zei de Heere Jezus vlak voor Zijn kruisiging. Hij had tot eer van God geleefd. In alles had Hij Zich precies zo gedragen als God het wenste. Zijn leven was volmaakt.
Had dat echter voor één mens de hemel geopend? Was daardoor ook maar één mens een kind van God geworden? – Nee!
De Heere Jezus was Zelf de tarwekorrel waarover Hij sprak. Als Hij niet in de dood zou gaan, zou Hij altijd alleen blijven. Dat wil zeggen: als Mens.
Hij is de eeuwige Zoon van God. Zijn verbinding met de Vader is volmaakt en eeuwig. Nu de Zoon van God Mens is geworden, wenst Hij andere mensen bij Zich te hebben. Om dat mogelijk te maken, móest Hij sterven.
We begrijpen dat goed. Alle mensen zijn zondaars; en Gods straf over de zonde is de dood. Díe straf nam Christus op Zich. Hij droeg die in onze plaats. Alleen zo kon de zonde worden weggedaan. Zo heeft Hij ons aan Zichzelf verbonden.
Het dagboek bestellen?