Heel vroeg op de eerste dag van de week kwamen zij bij het graf, toen de zon opging. En zij zeiden tegen elkaar: Wie zal voor ons de steen van de ingang van het graf wegrollen?
Markus 16 vers 2 en 3
De vrouwen wilden het lichaam van hun Meester zalven. Hij lag begraven in een spelonk. Die ruimte was uitgehakt uit de rots. Er lag een immens zware steen voor. Wie zou die wegrollen?
Die vraag had hen die nacht misschien al uit de slaap gehouden. ’s Nachts worden zulke ‘stenen’ vaak ook nog veel groter en zwaarder.
Hebben wij ook zulke stenen in ons leven die ons zwaar op de maag liggen? Die laten ons voelen hoe hulpeloos en machteloos we zijn. We vragen ons af: Wie lost dat enorme probleem op?
Bij het graf aangekomen, zagen de vrouwen dat de steen al weg was. Toen zij nog liepen te piekeren, wás het probleem al opgelost! Dat de steen was weggerold, was het gevolg van de opstanding van de grote Meester. Dát is ook het antwoord op alle moeilijke dingen in ons leven: we hebben een levende Heere in de hemel Die alle macht heeft!
Hij kan alle problemen en moeilijkheden uit de weg ruimen. Misschien wel niet zoals wíj het hadden gedacht, maar zoals Híj het juist acht.
Het dagboek bestellen?