Laten wij onze wegen onderzoeken en doorzoeken, en laten wij terugkeren tot de HEERE!
Klaagliederen 3 vers 40
Lot zat in de poort van Sodom. Hij maakte deel uit van het stadsbestuur. Zijn rechtvaardige ziel werd gekweld door alles wat hij daar zag en hoorde. Toch bleef hij zitten. Twee engelen moesten hem bijna de stad uitsleuren; anders was hij ook in het oordeel omgekomen.
David vluchtte voor Saul naar Achis, koning van de Filistijnen en vijand van God en Zijn volk. Dat pakte verkeerd uit. Om zijn leven te redden, deed hij alsof hij gek geworden was: hij krabde met zijn nagels aan de deur en liet z’n spuug uit zijn mondhoeken lopen.
Jona liep weg toen Gods opdracht hem niet beviel. De Almachtige stuurde een storm. Zo belandde de ongehoorzame profeet in de woedende golven en werd door een grote vis opgeslokt.
Petrus warmde zich bij het vuur, maar wel in de voorhof van de hogepriester die het bevel had gegeven om zijn Meester gevangen te nemen. Hij verloochende Hem daar tot drie keer toe.
Ja, als een christen op een verkeerde plek is, kan hij niet werkelijk gelukkig en tot eer van God zijn!
Het dagboek bestellen?