Het bloed zal u tot een teken zijn aan de huizen waarin u verblijft. Als Ik het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan en er zal geen plaag onder u zijn die verderf teweegbrengt, als Ik het land Egypte zal treffen.
Exodus 12 vers 13
De oordeelsengel trok door Egypte: in ieder huis stierf de oudste zoon. Van de dieren stierf het oudste jong. De Israëlieten bleven gespaard. Waren zij beter dan de Egyptenaren? Nee, ze werden alleen gespaard, omdat het bloed van het paschalam aan de posten en bovendorpels van hun deuren gestreken was. God had beloofd: ‘Als Ik het bloed zie, ga Ik voorbij!’
Eeuwen later, tijdens de viering van het paschafeest, gaf de Heere Jezus Zijn leven over in de dood voor zondige mensen. Hij was het ware Paschalam. God verkondigt nu nadrukkelijk dat het kostbare bloed van
Zijn Zoon de enige mogelijkheid is om aan het komende oordeel te ontkomen. Wie zijn vertrouwen op dat bloed stelt, wordt gered.
Ja, het bloed van Christus redt ons van het eeuwige oordeel. God heeft door het storten van Christus’ bloed – dat wil zeggen: door Zijn sterven – volkomen genoegdoening ontvangen. Zijn eer is hersteld. Daarom staat Hij met geopende armen klaar om iedere gereinigde zondaar te ontvangen en aan Zijn hart te drukken.
Het dagboek bestellen?