In het huis van een rechtvaardige is grote rijkdom.
Spreuken 15 vers 6
Het weer was er geschikt voor: een 23-jarige Duitser reed in een Audi cabrio over de Duitse autosnelweg. Hij wilde de wagen kopen, maar eerst een proefritje maken. Het geld ervoor – 23.000 euro – had hij in contanten op de achterbank gelegd. Dat is in een cabrio niet verstandig: de bankbiljetten dwarrelden over de weg. De politie was zo vriendelijk de weg een half uur af te sluiten, zodat hij zijn geld kon zoeken. Uiteindelijk miste hij ‘slechts’ 3.000 euro.
Welke schat ligt er in het huis van een rechtvaardige? Wat voor rijkdom bezit hij? Het is geen zelfverdiende, maar een geschonken schat: gerechtigheid!
Mensen proberen immers wel gerechtigheid voort te brengen – ofwel: goede daden te doen –, maar ze raken steeds opnieuw in zichzelf teleurgesteld. En bovendien, goede werken wissen geen zonden uit.
Nee, ware gerechtigheid komt van God. De Heere Jezus heeft die voor ons verdiend op Golgotha. Hij stierf voor de zonden, zodat wij gerechtigheid konden ontvangen. Wat is dat een geweldige schat! En we zijn ervan verzekerd: door niets of niemand zouden we die gerechtigheid kunnen verliezen.