Ik weet Wie ik geloofd heb.
2 Timotheüs 1 vers 12
In het leven van een mens moet een dag geweest zijn dat hij zijn knieën voor God heeft gebogen, zijn schuld heeft erkend en de Heere Jezus Christus als Verlosser heeft aangenomen. Maar als we eens voor Zijn troon staan, vraagt God ons niet naar de dag of het uur van onze bekering. De vraag is dan: ‘Héb je je tot Mij bekeerd en Mij je zonden beleden? En héb je in Christus geloofd?’
Paulus zei niet: “Ik weet wanneer ik geloofd heb”, maar: “Ik weet Wie ik geloofd heb”. God wil niet dat wij op onze bekering vertrouwen, maar op Zijn Zoon Jezus Christus.
God wil ieder die zich tot Hem bekeert, volkomen zekerheid van zijn redding geven. Bij de één bereikt Hij dat doel in een korte tijd, bij een ander kan het jaren duren. Dat is het geval als we niet werkelijk geloven dat onze zonden door God werden vergeven op het moment dat we ze oprecht beleden. Hij geeft in de Bijbel de verzekering: “Als wij onze zonden belijden: Hij is getrouw en rechtvaardig om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid” (1 Johannes 1 vers 9). Op die uitspraak van God kunnen we aan.
Het dagboek bestellen?